Fotolia 28661459_XSRust in de klas, een goede werkhouding en meer zelfstandig gedrag. Dat is het doel van werken volgens het model waarover je in dit artikel meer leest. Er is meer tijd om ongestoord en ongepland instructie te geven en de aanpak is prettig en stimulerend voor leerlingen.

Een docent geeft vaak in het eerste deel van zijn les instructie. Daarna gaan de leerlingen met de opdrachten aan het werk. Docent:"Als je iets te vragen hebt, dan steek je je vinger op en dan kom ik naar je toe." Na drie minuten steekt Daan zijn vinger op en loopt de docent naar hem toe. Op dat moment steekt Sofie, aan de andere kant van de klas, ook haar vinger op. Docent: "Ik kom zo bij je, Sofie." Ondertussen melden leerling drie en vier zich en is Sofie een gesprek met haar achterbuurman begonnen. Na 10 minuten is het afgelopen met de rust. Docent loopt naar voren. "Ja, zo kan er niet gewerkt worden. Ik kan niet eens iemand iets rustig uitleggen, als ik me omdraai, beginnen jullie met elkaar te praten. Jullie kunnen toch wel 15 minuten rustig aan het werk?!"

Deze docent gaat bij de verdeling van aandacht uit van vragen. Daarbij is de docent de ober, de leerling een soort klant en de klas het terrasje. In dit restaurantmodel krijgen de overmatig vragende leerlingen veel aandacht, terwijl de onzekere, stille leerlingen niet aan de beurt komen. Van een rustige sfeer waarin leerlingen zelfstandig aan het werk zijn, is totaal geen sprake. De ober heeft geen rust om een goede instructie te geven.

Leren wachten is de eerste stap naar zelfstandigheid. De docent uit het restaurantmodel met het gedrag van een nerveuze ober, had ook de volgende instructie kunnen geven: "Ga aan het werk met de opdrachten van paragraaf 1 en 2. Ik loop rond volgens een vaste route. Als je een vraag hebt, hoef je je vinger niet op te steken. Wacht tot ik bij je ben, dan kan je de vraag stellen. Als je niet verder kunt, sla je de opdracht over en ga je alvast verder met de volgende."

Het systeem van rondjes lopen langs alle leerlingen in een vaste volgorde met een bepaalde tijdsduur, houdt het inititiatief van het aandacht geven bij de docent. Het gedrag is voorspelbaar, iedereen, ook de niet-opvallende leerling, komt aan de beurt. Leerlingen hoeven niet te roepen. De docent bepaalt zijn eigen gedrag, vragen stellen wordt niet beloond, nog eens zelf nadenken over een vraag of opdracht wordt gestimuleerd. Het lopen van een vaste volgorde tijdens de ronde vergroot de voorspelbaarheid van het docentgedrag. Dit komt de rust in de groep ten goede. Leerlingen weten waar ze aan toe zijn en dit heeft een positieve invloed op hun gedrag. Bovendien heeft het een preventieve waarde. De docent ziet eerder dat iets fout gaat en welke leerlingen snel of langzaam werken. (differentiatie-opdrachten).

De docent beloont geen leerlingen die hun vinger opsteken of die impulsief reageren omdat ze iets niet begrijpen. Ze leren te wachten. Het is een eerste stap naar zelfstandigheid. Ze zoeken eerst zelf naar de oplossing, overleggen met hun buur, slaan het probleem over of gaan door met iets anders. Naarmate de zelfstandigheid toeneemt, kan de tijd tussen vraag en antwoord groter worden. Dat geeft de docent de tijd om ongestoord te werken met individuele of groepjes leerlingen. Bij systematisch contact komen alle leerlingen aan de beurt. De docent loopt vaste rondes door de klas. Daarbij geldt de regel dat een leerling iets kan vragen als de docent bij hem is. Als de docent voorbij is, moet een volgende vraag tot de volgende ronde wachten.

Meer weten en oefenen met deze methode en tal van andere tips? Schrijf je dan in voor de workshop  klassenmangement of de training de orde in orde in de klas. Lees de meningen van docenten die de training al volgden. 

Succes!